Het voelt niet lekker als ik deze titel boven mijn blog zet, maar ik zie het om me heen steeds meer: de coronamoeheid begint toe te slaan. En hard. Niet bij iedereen, maar wel bij veel mensen. En dat vind ik letterlijk doodeng.
Vooral die anderhalve meter afstand houden, daar beginnen steeds meer mensen schijt aan te hebben. En dat snap ik niet. Dat snap ik werkelijk niet. Als je het niet voor die ander wilt doen, doe het dan toch tenminste voor jezelf. Maar blijkbaar denken deze mensen dat ze onkwetsbaar zijn en hebben ze daarnaast ook nog eens absoluut geen enkel oog voor de mensen om zich een.
Mijn lief en ik maken iedere dag een wandeling, omdat het gezond is en we op deze manier ook fit willen blijven. We kiezen zorgvuldig een rustige route en een rustig tijdstip uit. Eenmaal onderweg letten we extra goed op dat we die anderhalve meter afstand houden als we andere mensen tegenkomen. En natuurlijk komen we die tegen, want ook al wonen we in een dorp en plannen we de routes vaak door het buitengebied, we zijn nu eenmaal niet alleen op de wereld.
Maar dan begint het hordenlopen. De eerste fietsers worden door ons gesignaleerd. Een ouder echtpaar komt, fietsend naast elkaar, op ons af. Het fietspad waarop we lopen, een voetpad is er niet, is ongeveer 2,50 meter breed. Dus om ons te passeren, moeten wij achter elkaar gaan lopen en zij achter elkaar gaan fietsen en dan gaat het net. Maar ze gaan niet achter elkaar fietsen. Waarom zouden ze ook. Mijn lief en ik duiken zowat de sloot in om toch nog wat afstand te kunnen houden, maar zij fietsen naast elkaar, punt uit. Als we roepen dat ze afstand moeten houden en het woord Corona nog tegen hun ruggen bonkt, horen we nog net een onverschillig 'ohhh'. Om laaiend van te worden. We zijn nog niet van de schrik bekomen of een wielrenner schiet rakelings langs me heen. De kreet die ik slaak gaat volledig aan hem voorbij. Hij is bezig met zijn sport en daar is geen plaats voor Corona en afstand houden.
Van de schrik bekomen, lopen we verder. Er staat een groepje te praten midden op het pad waar wij lopen. Terwijl we dichterbij komen, worden we gespot, dus we gaan er vanuit dat ze een beetje aan de kant gaan. Maar nee hoor, ze praten rustig verder en blijven staan waar ze staan. We hebben de keuze: de sloot in of de heg. We kiezen voor het laatste en terwijl we een beetje voorzichtig door het gras en langs de heg schuifelen, worden we ook nog eens vriendelijk begroet. Vol verbazing weet ik nog uit te brengen dat ik liever had gehad dat ze even opzij waren gegaan, maar volgens mij snappen ze nu nog niet wat ik daarmee nu eigenlijk bedoelde. Om gek van te worden.
Ook tijdens mijn hardlooprondjes word ik met dit soort achteloosheid geconfronteerd. Keer op keer. Ik word er een beetje moedeloos van. Maar gelukkig zijn er toch nog steeds mensen die zich wel aan de regels houden en die wel door hebben dat met Corona niet valt te spotten. Ze zijn in de minderheid, helaas. Ik dacht even dat wij nu net toevallig alleen maar dit soort achteloze mensen tegen waren gekomen. Maar als ik hoor dat de politie onlangs nog een grote massa winkelend publiek ergens uit een centrum heeft moeten sturen, dan zakt mijn broek af.
Natuurlijk is het een moeilijke tijd en wordt er op dit moment veel van ons gevraagd. En natuurlijk is het, zeker met dit prachtige weer, moeilijk om binnen te blijven. Maar als je gezond bent en niet hoest of niest, dan mag je ook naar buiten. Graag zelfs, want het is goed voor je gezondheid en je weerstand. Maar lieve mensen, houd je aan de regels. Alleen zo kunnen we dit virus overwinnen en alleen zo kunnen we de zwakkere mensen en misschien zelfs onszelf beschermen tegen deze hele nare ziekte. En denk niet dat het jou niet kan overkomen. Daarvoor hoef je alleen maar het nieuws te volgen of eens even te praten met iemand die in de zorg werkt.